Aanbieder moet klant informeren bij premieverlaging

7 juni 2020 om 18:00

De Commissie van Beroep van het KiFiD heeft onlangs met een recente uitspraak een eerder oordeel van de Geschillencommissie over nazorg over overlijdensrisicoverzekeringen terzijde geschoven. Hieruit blijkt dat de tussenpersoon niet verantwoordelijk is om de klant te informeren bij premieverlaging, maar de aanbieder. Met deze uitspraak is duidelijkheid gekomen over invulling van nazorg bij ORV’s. 

De feiten 

In deze zaak ging het om een klant die zich bij het KiFiD beklaagde dat een adviseur hem niet had gewezen op de algehele daling van de premies in de levensverzekeringsmarkt. De klant had daardoor naar eigen zeggen een financieel verlies geleden omdat hij, wanneer hij van deze daling op de hoogte was geweest, een nieuwe (goedkopere) verzekering had kunnen afsluiten. De klant hield de adviseur daarvoor verantwoordelijk. De Geschillencommissie van het KiFiD stelde de klant voor wat betreft de nazorgkwestie in het gelijk. Zij vond dat onder nazorg van een adviseur niet alleen het informeren over wijzigingen in het product zelf, ook het actief informeren van de klant over algehele marktontwikkelingen valt. De adviseur was het hier niet mee eens en om duidelijkheid voor zichzelf en de markt te krijgen, maakte hij gebruik van de verleende bijzondere mogelijkheid tot hoger beroep  

De beoordeling 

In het hoger beroep krijgt de adviseur van de Commissie van Beroep wel gelijk en geeft aan dat de zorgplicht niet is geschonden. De Commissie oordeelt dat naast de (publiekrechtelijke) zorgplicht uit de Wft de adviseur te maken heeft met de zorgplicht die uit het Burgerlijk Wetboek (Art 7:401BW) voortvloeit. Volgens het BW moet de adviseur bij zijn werkzaamheden de zorg betrachten die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend adviseur verwacht mag worden. De adviseur moet de klant tijdig wijzen op feiten die gevolgen hebben voor de dekking van de lopende verzekering in zijn/haar portefeuille. Nu het in deze gaat om het informeren van de klant over algemene marktontwikkelingen, zoals premiedalingen in de verzekeringsmarkt, is hiervan geen sprake. Er is daarom geen reden om eventuele financiële schade te verhalen op de financieel adviseur. 

Wat kunt u doen? 

Het belangrijkste is en blijft dat u de afspraken met betrekking tot nazorg vastlegt in een (aparte) opdracht tot dienstverlening. Hierin omschrijft u wat de klant van u kan verwachten tijdens de looptijd van het afgesloten product en wat niet. Dat het geen verplichting is, wil niet zeggen dat het geen aanrader is om, wanneer u periodiek contact heeft met uw klant in het kader van nazorg, te beoordelen of de rente of premie van lopende producten omlaag kunnen. U legt uw advies hieromtrent vast in het (digitale) klantdossier en stuurt een afschrift hiervan naar de klant. Het is dan aan de klant om uw advies te volgen, of hiervan af te wijken. U mag de kosten die met dit advies gepaard gaan, mits vooraf overeengekomen, gewoon bij uw klant in rekening brengen. Kort gezegd: maak vooraf duidelijke afspraken over de omvang van uw dienstverlening en de kosten daarvan. Dan weet uw klant altijd waar hij aan toe is. 

Wat kan SVC voor u doen? 

Heeft u behoefte aan overleg met betrekking tot uw dienstverlening over nazorg aan uw klant? Wij kunnen u hierin voorzien door middel van dossiercontrole, een workshop en voorbeelden in kennisportal. Neem contact met ons op en wij informeren u over de mogelijkheden.




Proud member of
Logo PIAGROUP
Volg ons op LinkedIn
Op de hoogte blijven het laatste nieuws?
Meld u dan aan voor onze nieuwsbrief!